Er rijd een trein naar niemandsland,
Hij is op weg naar het beloofde land,
En onderweg hoor je de engelen zingen,
't Lijkt een droom, dat hemelse gezang.
Als eindstation: Het paradijs,
Het kaartje is een enkele reis,
Daar zul je ooit voorgoed de rust gaan vinden,
Al krijgt niemand hier van een bewijs.
Er rijd een trein naar niemandsland,
Daar waar het helse vuur voor niemand brand,
Alleen één vlam zal iedereen verwarmen,
Het is de liefde waar je naar verlangt.
Het afscheid doet een ieder pijn,
Je wilt zo graag nog bij die ander zijn,
Wat over blijft zijn duizend mooie dromen,
Maar jou hart zit in die laatste trein.
Zie de tunnel jou verlichten,
Ver tot aan de hemel poort,
Daar herken je weer gezichten,
Het is daar waar jij op hoopt.
Er rijd een trein naar niemandsland,
Hij is op weg naar het beloofde land,
En onderweg hoor je de engelen zingen,
't Lijkt een droom, dat hemelse gezang.
Als eindstation: Het paradijs,
Het kaartje is een enkele reis,
Daar zul je ooit voorgoed de rust gaan vinden,
Al krijgt niemand hier van een bewijs.
De trein die stopt voor jou in 't paradijs.